Als het aan het koninklijk Nederlands instituut voor registeraccountants (Nivra) ligt, krijgen accountants eind dit jaar meer houvast voor de beoordeling van maatschappelijke en duurzaamheidsverslagen met twee speciale richtlijnen: ‘Richtlijn 3410, met betrekking tot assurance-opdrachten voor maatschappelijke verslagen’ en ‘Richtlijn 3010, die het samenwerken met materiedeskundigen uit andere disciplines bij niet-financiële assurance-opdrachten betreft’.
De richtlijnen zijn nog niet definitief. De concepten worden vandaag ter beoordeling naar de leden van het Nivra en een internationaal forum van accountants en gebruikers gestuurd. De definitieve versies moeten begin december goedgekeurd worden en zouden dan per 1 januari 2006 kunnen ingaan.
In tegenstelling tot de financiële verslaglegging zijn er geen internationale regels voor de controle en beoordeling van maatschappelijke en duurzaamheidsverslagen. Dus gaan accountants nu nog vooral af op hun persoonlijke expertise en Richtlijn 3000 voor onderwerpen anders dan historisch-financiële informatie.
‘Tot voor kort hadden we geen eenduidige controlerichtlijnen om de inhoud van een maatschappelijk verslag te toetsen. Duurzaamheid of maatschappelijk verantwoord ondernemen waren begrippen die vrijblijvend werden ingevuld. Met de nieuwe richtlijnen kan de inhoud ook echt getoetst worden’, zegt Nancy Kamp-Roelands. Zij is senior manager bij Ernst&Young Accountants en lid van de speciale werkgroep van het Nivra onder leiding van Fred Drieënhuizen, ook van Ernst&Young Accountants. De werkgroep heeft twee jaar aan de ontwerprichtlijnen gewerkt.
‘Als ze eind van dit jaar worden aangenomen, dan is Nederland het eerste land dat een controlerichtlijn voor maatschappelijke verslagen heeft’, aldus Kamp. De Internationale Federatie van Accountants (Ifac) heeft aangegeven de richtlijnen te willen bestuderen voor een eventuele internationale toepassing.
De jongste cijfers van KPMG over niet-financiële verslaglegging tonen dat het aantal maatschappelijke verslagen niet alleen sterk groeit, maar dat ook steeds meer bedrijven hun verslagen laten verifiëren door accountants.
Volgens George Molenkamp, partner bij KPMG Sustainability, hebben zowel de Sarbanes-Oxley-wet als de komende regels in Groot-Brittannië voor niet-financiële informatie (OFR) en de EU-Directive van begin dit jaar tot gevolg dat steeds meer internationale bedrijven zich zorgen gaan maken over de betrouwbaarheid van de niet-financiële informatie. Die regels versterken de behoefte aan betrouwbare informatie in alle publieke rapportages van een onderneming. Dit maakt een goede interne controle en in aanvulling daarop externe verificatie door onafhankelijke deskundigen steeds belangrijker.
‘Daarom’, zegt Kamp, ‘is ook Richtlijn 3010, die de samenwerking met andere specialisten regelt, nodig. De accountant heeft immers niet alle specialistische kennis, maar er moeten wel afspraken zijn over de verantwoordelijkheid van de accountant.’
Ondanks al die nieuwe regels is er nog geen wettelijke verplichting om het maatschappelijke of duurzaamheidsverslag te laten controleren door een accountant. Kamp: ‘De controle van een maatschappelijk verslag geschiedt op vrijwillige basis. Bedrijven bepalen zelf of zij een accountant inschakelen. Als een onderneming een accountantsverklaring wil hebben, zal zij aan hogere eisen moeten voldoen. Er wordt getoetst of een maatschappelijk verslag alle relevante zaken behandelt en of wordt voldaan aan de gerechtvaardigde informatiebehoeften van verschillende stakeholders. Door de nieuwe richtlijnen wint een accountantsverklaring aan betekenis en zo ook het niet-financiële verslag’.