(Gepubliceerd in Het Financieele Dagblad van 3 augustus 2004)
Bedrijven die grote bedrijven als klant hebben wordt steeds vaker gevraagd wat zij aan maatschappelijk verantwoord ondernemen doen. GRI, het instituut voor duurzame verslaglegging, komt in september met een handboek voor het mkb.
Hoeveel doet het midden- en kleinbedrijf (mkb) aan maatschappelijk verantwoord ondernemen (mvo)? De meningen over het onderwerp zijn verdeeld.
Dat is voor een deel te wijten aan een definitiekwestie. Voor de een valt het sponsoren van de lokale voetbalclub er niet onder en voor de ander wel. Die discussie beperkt zich niet alleen tot Nederland, maar is wereldwijd. Zo is charitas in de VS een belangrijk onderdeel van maatschappelijk ondernemen en kunnen bedrijven daar hoog mee scoren, en wordt in Europa meer gekeken naar de sociale prestaties van een bedrijf als geheel.
Daarnaast is de beoordeling wat het mkb aan mvo doet moeilijk vanwege het gebrek aan openheid en informatie. Geen enkel bedrijf in Nederland is verplicht zijn niet-financiële prestaties te publiceren, met uitzondering van een aantal ondernemingen die een grote invloed op het milieu hebben. Zij zijn wettelijk verplicht een milieujaarverslag uit te brengen.
Een onduidelijke definitie en slechte informatie maken het lastig bedrijven te beoordelen en met elkaar te vergelijken. Overheden, financiële analisten en maatschappelijke organisaties zouden dat graag anders zien, omdat concurrentie en sociale druk bedrijven tot betere prestaties kunnen brengen.
De verslagleggingsrichtlijnen van het Global Reporting Initiative (GRI, zie kader) zijn onder multinationals een standaard geworden voor de verslaggeving over sociaal-ethische, economische en milieuprestaties. Wereldwijd gebruiken nu 480 bedrijven uit 45 landen die aanwijzingen.
Kleine en middelgrote ondernemingen kunnen de richtlijnen zo gebruiken, vertelt Teresa Fogelberg, associate director van GRI. ‘Het is een hardnekkige mythe dat duurzaamheidsverslaggeving niet zou zijn voor het mkb. We zijn een heel kleine organisatie en wij hebben ons rapport gemaakt met onze eigen richtlijnen. Andere organisaties die een rapport maken in overeenstemming met de richtlijnen zijn Triodos Bank, de Vereniging voor Beleggers in Duurzame Ondernemingen (VBDO). Het is – de tweede hardnekkige mythe – niet verplicht, ook niet voor multinationals, om alle vragen en punten te volgen. Bedrijven mogen uit de richtlijnen halen wat past en hoort bij hun situatie. Ze moeten wel aangeven waarom ze bepaalde zaken niet gebruiken.’
Dat neemt niet weg dat de GRI-richtlijnen erg overweldigend kunnen zijn voor een kleine of middelgrote onderneming.
Daarom komt GRI in september met een speciaal handboek voor het mkb, een ‘how to’ boek volgens associate director Alyson Slater. ‘We hebben gemerkt dat hiervoor een groot publiek is. Niet alleen in Nederland en Europa, maar ook in de ontwikkelingslanden. Sinds eind juni, toen we dit bekendmaakten, krijgen we zo’n vijf e-mails per dag van partijen die willen meedoen aan de pilot. Het zijn met name bedrijven die in de keten zitten van grote bedrijven die al langer bezig zijn met maatschappelijk verantwoord ondernemen en die nu om hun prestaties gevraagd wordt.’
Slibverwerking Noord-Brabant heeft zich bij GRI aangemeld. Controller Silvester Bombeeck: ‘Wij zijn een jonge nv, opgericht door
een aantal waterschappen in Noord-
Brabant. Wij verwerken het slib dat
overblijft uit de zuivering van rioolwater. In het slib zitten zware metalen. Die mogen niet meer in de natuur komen. Dat is onze verantwoordelijkheid. We zijn wettelijk verplicht om een milieujaarverslag te publiceren, sinds 2002 is dat een duurzaamheidsverslag. We hebben er een speciale vermelding voor gekregen, een blijk van waardering voor een maatschappelijk milieuprobleem dat wij aanpakken. Wij willen graag een voorbeeld zijn voor andere slibverwerkingsbedrijven.’
Voor dat duurzaamheidsverslag werden al onderdelen van de GRI-richtlijnen gebruikt. Maar Bombeeck vindt de huidige richtlijnen toch te veel gericht op multinationals. ‘Mensenrechten is bij ons geen issue. Voor ons is de mensenkant veel meer onze eigen medewerkers. We hebben 45 mensen in dienst. Sinds kort is er voor industrieterrein Moerdijk, waar wij zitten, een burenraad voor communicatie met de omgeving.’
Bombeeck heeft de inhoudsopgave met de grote inhoudslijnen van het mkb-handboek van GRI gezien en is tevreden.
‘Het zal echt een handboek worden dat een stappenplan biedt voor organisaties die een beleid voor verantwoord ondernemen willen inpassen in hun organisatie.’